Het roer ging vier jaar geleden rigoureus om bij de Almelose Evelyne Pouwels (82). Na een slijmbeursontsteking in de heup was haar conditie als sneeuw voor de zon verdwenen.

Evelyne startte met wekelijks gezamenlijk wandelen in het Beeklustpark en in de Schelfhorst, onder begeleiding van een fysiotherapeut. Diezelfde fysiotherapeut wees haar op het wandelprogramma Elke Stap Telt in Aadorp en Bornerbroek, waar deelnemers 12 weken lang bezig zijn om de conditie op te bouwen. Afgelopen jaar was zij dan ook deelnemer van Elke Stap Telt in Aadorp, sindsdien loopt zij ook wekelijks mee met de wandelclub in Bornerbroek. “Ik wandel inmiddels vier keer per week, waardoor ik me een stuk vitaler voel”, vertelt ze. “Toen ik begon met wandelen, luktehet me niet om langer dan 45 minuten te lopen. Nu loop ik met de wandelclub in Bornerbroek anderhalf uur. Dan ben ik ook wel moe hoor, dan ga ik thuis wel even een uurtje rusten. Over het algemeen ben ik door het wandelen een stuk fitter. Ook als ik naar de supermarkt wandel, merk ik dat ik kordaat stap.”

Evelyne geniet met volle teugen tijdens het wandelen. “Zeker nu het weer lente begint te worden, de knopjes die straks tot bloei gaan komen. Dat is zo mooi om te zien!”

Het wandelen met anderen is gezellig, maar heeft volgens Evelyne nog een extra bijkomstigheid. “Af en toe bied ik iemand een luisterend oor. Voor velen is het wandelen ook een mooie manier om sociaal contact op te doen. En de wandelmoatjes kijken goed naar me om, ze houden me bijvoorbeeld stevig vast als we een modderig stukje over moeten steken. Als we ver lopen en ik ben vermoeid, dan snijd ik met een wandelmoatje soms een gedeelte van de route af. Zo helpen we elkaar.”

Eén ding is zeker: Evelyne wil nooit meer anders. “Ik vind het belangrijk om zo lang mogelijk onafhankelijk te blijven. Dat ik lopend mijn boodschappen kan doen, een beetje kan rommelen in huis. Ik blijf daarom wandelen tot het niet meer gaat. Ik kan het wandelen iedereen aanraden.”